In het regeerakkoord van 30 september 2019 van de Vlaamse regering (Jambon I) werden enkele opvallende maatregelen inzake de erf- en schenkbelasting opgenomen. Met enige vertraging heeft de Vlaamse regering in september 2020 deze hervorming nieuw leven ingeblazen, met een geplande datum van inwerkingtreding op 1 juli 2021 én de publicatie van het voorontwerp van decreet op 22 september 2020.   

Belangrijke wijzigingen in erf- en schenkbelasting op komst...

Het voorontwerp van decreet (tot wijziging van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, wat betreft de verlenging van de verdachte periode, de tariefverlaging voor non-profit legaten en non-profit schenkingen en de invoering van de vriendenerfenis) bevat drie opvallende maatregelen inzake erfbelasting: 

  1. De verlenging van de risicoperiode voor niet-geregistreerde schenkingen van drie naar vier jaar
  2. De invoering van de vriendenerfenis
  3. De wijziging van de fiscale behandeling van het duo legaat én de tariefverlaging in de erfbelasting voor goede doelen

1. De verlenging van de risicoperiode voor niet-geregistreerde schenkingen van drie naar vier jaar

Roerende schenkingen kunnen in België op verschillende wijzen gebeuren. Ofwel voor een Belgische notaris, maar dan is men onmiddellijk schenkbelasting verschuldigd, ofwel via een bank- of handgift, ofwel voor een buitenlandse notaris (de zogenaamde kaasroute).

Zodra men de schenking niet voor een Belgische notaris doet, is de registratie van de schenking en de bijhorende betaling van de schenkbelasting niet verplicht. Indien de partijen de schenking niet registreren, is er wel een risicoperiode van drie jaar: als de schenker in deze periode van drie jaar vanaf de dag van de niet-geregistreerde schenking komt te overlijden, dan zijn de begiftigden alsnog erfbelasting verschuldigd op de geschonken goederen (artikel 2.7.1.0.5 V.C.F.). In deze risicoperiode is het overigens vooral een plots overlijden dat de partijen moeten vrezen, aangezien men de schenking nog steeds vrijwillig kan registreren tijdens de risicoperiode als men te weten zou komen dat men de driejarige periode niet zal overleven.

Noteer dat een federaal wetsvoorstel met ingang van 1 december 2020 een registratieverplichting wil opleggen voor schenkingen voor buitenlandse notaris, waardoor deze nog weinig meerwaarde bieden ten opzichte van de schenkingen voor Belgische notaris. 

De Vlaamse regering wil deze termijn nu verlengen van drie tot vier jaar, om de partijen te stimuleren te kiezen voor de veilige en rechtszekere oplossing van de geregistreerde schenking. Moet die dan altijd voor notaris gebeuren? Neen, want ook de schenkingen via hand- of bankgift kunnen vrijwillig worden geregistreerd (de betaling van de schenkbelasting werkt bevrijdend voor de erfbelasting).

De termijn van vier jaar zou ingaan voor niet-geregistreerde schenkingen gedaan vanaf 1 juli 2021. Schenkingen gedaan vòòr deze datum zouden hun risicotermijn van drie jaar behouden. 

Uw gedane schenkingen en de schenkingen die u nog van plan bent te doen tot en met uiterlijk 30 juni 2021 worden niet geïmpacteerd door deze maatregel. Vanaf 1 juli 2021 zal u bij het kiezen voor een niet-geregistreerde schenking rekening moeten houden met een langere risicoperiode van vier jaar.

In het kielzog van deze termijnverlenging, zijn er nog drie verlengingen aangekondigd:

  • De termijn van de uitkering van een levensverzekering in de periode van drie jaar voor het overlijden, wordt evenzeer verlengd van drie naar vier jaar (art. 2.7.1.0.6 V.C.F.);
  • De termijn voor het wettelijk vermoeden van eigendom in de nalatenschap gaat eveneens van drie naar vier jaar. Deze maatregel voert een vermoeden in dat goederen die in het vermogen waren in deze ‘verdachte periode’ vermoed worden nog aanwezig te zijn in de nalatenschap, tenzij het tegenbewijs wordt geleverd (art. 2.7.3.2.5 V.C.F.). Het typevoorbeeld is een verkoop van onroerend goed binnen deze periode voor het overlijden van de verkoper. De verkoopprijs kan door de belastingdienst toegevoegd worden aan de nalatenschap, tenzij de erfgenamen aantonen wat er met de verkoopprijs is gebeurd, vanaf de storting op de rekening tot aan het overlijden;
  • De termijn voor het bankonderzoek door VLABEL in het kader van haar onderzoeksbevoegdheden ten aanzien van de nalatenschap wordt verlengd van drie tot vier jaar (art. 3.13.1.3.1, §6, vijfde lid V.C.F.).

Opvallend is dat de termijnen voor het progressievoorbehoud van onroerende schenkingen in de schenkbelasting (opéénvolgende schenkingen) als in de erfbelasting (overlijden binnen de drie jaar na een onroerende schenking) vooralsnog niet worden verlengd tot vier jaar. 

De termijn van 7 jaar voor de niet-geregistreerde schenking van familiale ondernemingen/vennootschappen blijft in principe behouden, maar, gelet op het federale wetsvoorstel dat de ‘kaasroute’ wil sluiten, zal deze termijn haar belang verliezen.

2. De invoering van de vriendenerfenis

In de Vlaamse erfbelasting bestaan drie categorieën erfgenamen: de laagste tarieven zijn voorbehouden voor de erfgenamen in rechte lijn en tussen partners (3% - 9% - 27%), daarna zijn de tarieven meteen veel hoger voor broers en zussen (25% - 30% - 55%) en voor alle anderen (25% - 45% - 55%). 

De nieuwe regeling van de vriendenerfenis wil het mogelijk maken dat een verwante of niet-verwante beste vriend, buur, … een deel van de erfenis kan krijgen aan de tarieven in rechte lijn, ook al valt hij niet onder deze categorie in de erfbelasting. Het zou daarbij gaan om een erfdeel van 15.000 euro dat onder bepaalde voorwaarden aan 3%, in plaats van 25%, kan nagelaten worden aan deze dierbare persoon. 

De beste vriend moet een natuurlijke persoon zijn, die daartoe aangeduid wordt in een notarieel testament. Er kunnen ook meerdere beste vrienden worden begunstigd, maar het fiscaal voordeel is beperkt tot 15.000 euro. Als er meerdere begunstigden worden aangeduid, zal het voordeel evenredig over de begunstigden worden verdeeld, tenzij het testament dit anders voorziet (bijvoorbeeld als het testament expliciet 1 legataris de gunstmaatregel van 3% bij voorrang toekent). In de aangifte nalatenschap zal men de gunstregeling tevens moeten aankruisen. 

De vriendenerfenis kan worden genoten voor alle overlijdens vanaf 1 juli 2021.

3. De wijziging van de fiscale behandeling van het duo legaat én de tariefverlaging in de erfbelasting voor goede doelen

Het duo legaat is een populaire techniek van successieplanning via testament die hoofdzakelijk wordt toegepast wanneer men geen afstammelingen heeft. In dat geval betalen broers/zussen, neven/nichten of andere verdere – of niet-verwanten bijzonder hoge erfbelasting op hetgeen ze erven. Het toptarief in Vlaanderen bedraagt liefst 55%.  

Een duo-legaat houdt in dat men een dubbele begunstiging doet in een testament: het eerste legaat is de begunstiging van de neven/nichten/andere dierbaren, die bijzonder hoge erfbelasting verschuldigd zijn, het tweede legaat begunstigt een goed doel, meestal een VZW of een stichting. Bovendien krijgt de tweede legataris, het goede doel, de last om de erfbelasting van de eerste legataris, de neven/nichten/dierbaren, te voldoen.

Het voordeel van een duo-legaat zit hem in de gunsttarieven die VZW’s en stichtingen verschuldigd zijn in de erfbelasting, in Vlaanderen momenteel 8,5%, en in een klein regeltje in de Vlaamse Codex Fiscaliteit (art. 2.7.1.0.10 en 2.7.3.2.13 V.C.F.) dat stelt dat de last voor het goede doel om de erfbelasting te voldoen, niet als een bijkomend legaat wordt belast. 

De Vlaamse regering merkt op dat bij de opmaak van een duo legaat te vaak de nadruk ligt op de maximalisatie van het erfdeel van de familie/dierbaren, terwijl het goede doel veeleer gebruikt wordt voor haar lage tarieven en zelf te weinig overhoudt. Met de nieuwe maatregel wil de Vlaamse regering het altruïstische karakter van het duo legaat herstellen. Gekoppeld aan deze wijziging verlaagt de Vlaamse regering de tarieven in de erfbelasting voor bepaalde goede doelen, waarmee ze de positie van de goede doelen zelfs wil verbeteren. 

De gewijzigde fiscale behandeling van het duo legaat zal concreet gebeuren door de invoering van een nieuw wetsartikel: artikel 2.7.3.2.15 V.C.F., dat de belastbare grondslagen van zowel het goede doel als van de dierbaren her-bepaalt. Een deel van de belastbare grondslag van het goede doel wordt overgeheveld naar de dierbaren: het gebruteerde bedrag van de erfbelasting verschuldigd op het legaat van de erfgenamen, met een maximum van het erfdeel van het goede doel.

Cijfervoorbeeld:

Tine stelt een duo legaat op, waarbij het goede doel wordt aangesteld als algemeen legataris, terwijl haar nichtje Axana een erfdeel krijgt van 275.000 euro (totale nalatenschap: 500.000 euro). 

Huidige regeling
Goed doel krijgt 225.000 euro, betaalt 8,5% op haar eigen erfdeel (= 19.125 euro) en betaalt de erfbelasting op het erfdeel van Axana (136.750 euro). Na betaling van deze erfbelasting, houdt zij netto nog 69.125 euro over voor zichzelf.
Axana krijgt netto 275.000 euro. 

Nieuwe regeling
Goed doel krijgt 225.000 euro, Axana in principe 275.000 euro, maar de belastbare grondslagen worden gewijzigd. Op het erfdeel van Axana is 136.750 euro verschuldigd, dit wordt gebruteerd via de formule erfbelasting gedeeld door (1 – marginaal tarief voor de berekening van deze erfbelasting), dus 136.750/(1-0,55) = 303.888,89 euro. Dit is het deel van de belastbare grondslag dat dient overgeheveld te worden van het goede doel naar Axana, maar er is een maximum van het erfdeel van het goede doel, zijnde 225.000 euro. Met andere woorden, in dit cijfervoorbeeld is de belastbare grondslag van het goede doel 0 euro (0% op 0 euro = 0 euro erfbelasting), terwijl de belastbare grondslag voor Axana (275.000 + 225.000=) 500.000 euro is. De belasting verschuldigd op het erfdeel van Axana bedraagt dus 260.500 euro.

Het goede doel krijgt een erfdeel van 225.000 euro, maar moet wel alle erfbelasting betalen. Zodoende dient zij nog 35.500 euro op te leggen.

Axana krijgt netto wel haar 275.000 euro, evenwel het is erg onwaarschijnlijk dat het goede doel dit duo legaat zal aanvaarden. 

Bij een andere verhouding, waarbij het goede doel een veel groter erfdeel ontvangt, kan het duo legaat wel nog steeds uitwerking krijgen. Maar voor de dierbaren levert dit dan geen voordeel meer op ten opzichte van de situatie zonder duo legaat. Een zuiver altruïstisch duo legaat dus.

Het voorontwerp van decreet, bevat geen overgangs- of regularisatieperiode voor duo legaten. De nieuwe regeling zal uitwerking krijgen voor alle overlijdens vanaf 1 juli 2021, ook indien u reeds uw testament met duo-legaat voor deze datum heeft opgesteld. Wat gebeurt er als bij uw overlijden het goede doel weigert? Mogelijks bevat uw testament een subsidiaire regeling die rekening houdt met deze weigering, een vangnet-clausule. Indien deze ontbreekt, zal uw nalatenschap volgens het wettelijk erfrecht worden verdeeld.

Een her-evaluatie van het testament dringt zich dus op. 

Welke alternatieven voor het duo legaat zijn voorhanden? Voor personen zonder kinderen is het duo-legaat de belangrijkste techniek van vermogensplanning waarmee enerzijds de erfaanspraken van de erfgenamen worden gemaximaliseerd en anderzijds een goed doel wordt begunstigd. Maar als het duo-legaat zou sneuvelen, welke andere technieken kunnen dan als alternatief worden voorgesteld? Zonder te schenken, zijn er weinig of geen eenvoudige technieken van vermogensplanning die ertoe zullen leiden dat de successiefactuur nog enigszins kan worden verlicht. 

Een goed doel geniet een vlak gunsttarief op hetgeen zij verkrijgt via schenking (5,5%) of erfenis (8,5%). Deze beide tarieven worden met ingang van 1 juli 2021 teruggebracht naar 0%, met de bedoeling het eventueel verlies van de duo legaten enigszins te compenseren. 

Opvallend is wel dat private stichtingen (evenals beroepsorganisaties en ziekenfondsen) uitgesloten zijn van deze tariefverlaging. De private stichting wordt regelmatig aangewend in een vermogensplanning om op creatieve en fiscaalvriendelijke wijze het vermogen naar een volgende generatie over te dragen. Deze ‘private algemene belangen’ wil de Vlaamse regering niet begunstigen met een tariefverlaging. 

Met ingang van 1 juli 2021 worden drie belangrijke maatregelen in de erfbelasting ingevoerd. Vooreerst zal de risicoperiode voor niet-geregistreerde schenkingen worden verlengd van drie naar vier jaar. Daarnaast wordt het mogelijk om één of meerdere beste vrienden te begunstigen in een testament met een legaat van maximum 15.000 euro dat aan 3% erfbelasting (i.p.v.) 25% zal worden belast. Ten slotte verliest het duo legaat haar gunstige fiscale werking voor de erfgenamen. Een testament ten voordele van het goede doel is wel nog steeds mogelijk en dit wordt gestimuleerd door een tariefverlaging naar 0% erfbelasting. Ook de schenkbelasting ten voordele van de goede doelen zakt naar 0%.